zondag 8 juli 2012

Epiloog


Toen we mekaar 22 jaar geleden voor het eerst ontmoetten aan het station in Leuven, was er meteen die klik, we voelden dat het goed zat. Twee jaar later zijn we dan ook in het huwelijksbootje gestapt. En toen we die viering aan het voorbereiden waren, stonden we erop om iedereen welkom te heten. Nu 20 jaar later stond Hans erop dat ik dat weer zou doen, maar dan alleen, “je zal dat wel kunnen” zei hij nog. En ik heb het gekund...

Jullie waren allemaal zo’n grote steun voor Hans, voor ons. De vele berichtjes, sms’jes, de chatsessies op facebook (waar Hans eerst zo tegen was), de kaartjes, daar hebben we heel veel steun uit geput.
Ook de hulp die we kregen, soms uit onverwachte hoeken, deed zo goed: een kom spaghettisaus, tomatensoep met balletjes, lekkere wafeltjes, een verrassingsfeestje, een ovenschotel, een etentje op het onverwachts, de vele chauffeurs die Hans naar zijn therapie brachten, teveel om op te noemen,… die spontane hulp zonder we het moesten vragen deed ons zo’n deugd. Ja, together we are strong. 
Ik wil jullie hiervoor, ook in naam van Hans, van harte bedanken. Ook alle artsen wil ik bedanken en niet in het minst, de verpleegkundigen van de palliatieve zorgeenheid Het anker in Roeselare, mede dankzij jullie heeft Hans nog een mooie laatste week gehad.

Hans, we hadden nog zoveel plannen. Onze reis naar Kroatië is helaas niet meer kunnen doorgaan, het zou onze laatste reis worden en vandaag moesten we eigenlijk dáár zijn, je wou nog een citytripke doen, zoals we er zoveel gedaan hebben. En met de bende, wat droomden we ervan om samen een commune te beginnen. Jij zou wel zorgen voor de muziek en de ambiance. We noemden jou dan ook niet voor niets Dani Mation.
Wat wou je nog zoveel doen. In Ortier wilde je nog Rosa Amarella afwerken en je wou nog wat sleutelen aan “What a wonderfull World”, je boot had nog maar 2 masten nodig en enkel de zeilen. Je wou nog eens bier brouwen.

Je wou zo graag de 18e verjaardag volgende week van ons Janne meemaken, het zou een groot feest worden. Onze kinderen nog zien vertrekken naar hun nieuwe school, voor allebei een nieuwe, grote stap in hun leven. Je wist dat je dat niet meer zou meemaken maar toch, ergens bleef die hoop. Maar wees gerust, ze zullen het goed doen.

De laatste plannen die je maakte, waren die voor je uitvaartdienst. Je wou het mij niet te moeilijk maken en je bereidde alles voor, tot in de puntjes. Je bent en blijft een dirigent. De plaats waar de dienst moest doorgaan, wie een woordje mocht doen, waar de bende en Ortier moest zitten, je muziek, de cd’s lagen klaar.  Dat je als muzikant  geen live muziek wilde, vond ik wel raar, maar je wou niemand tot last zijn, je zou ook niet kunnen kiezen wie iets moest spelen. Er moest vooral veel gebabbeld worden, zoals jij een babbelaar was, herinneringen ophalen. Je dacht aan alles.
Je stond zelfs voor mijn kleerkast om te zeggen wat ik moest aantrekken vandaag. Dan moest ik daar al niet meer aan denken.
Je dacht vooral aan de anderen, niet aan jezelf.

Hans, ik mis je zo, je vrolijkheid van ’s morgens vroeg ook al zei ik soms „Hans wees eens een beetje rustiger“ of "zit eens stil", je gebabbel, je energie, je alles…
Ik moet je nu laten gaan. Je hebt zo gevochten, gestreden, je bent te bewonderen. Het was jij die ons de moed gaf om door te gaan.

Maar het is goed zo, je was op en als dirigent heb je je eigen leven afgesloten, zoals we je kennen, je glimlachte tot de laatste minuut.

Ik koester de mooie herinneringen in mijn hart.

Hans, waar je ook bent, het ga je goed!

Sleppel,

Kus

Mieke 

*************************************************************************************************